In de laatste weken heb ik meerdere keren geschreven over volwassenheid en over het huidige cohort jongeren, dat moeite heeft de stap van jeugd naar volwassenheid te zetten. Over hoe hun puberteit intussen 15 tot 20 jaar kan duren – en hoe het lijkt of ‘millenials’ gedoemd zijn van crisis naar crisis te strompelen: van puberteit naar twintigersdilemma naar dertigersdilemma naar midlife crisis.
In het laatste essay identificeerde ik het probleem als een bepaalde, tegenstrijdige opvatting van volwassenheid – een idee dat een volwassene tegelijkertijd volledig vrij is en volledig gebonden. Dat voor een volwassene elke keuze een verkleining van opties en dus een vermindering van keuzevrijheid betekent.
Uiteindelijk komt dit idee van volwassenheid voort uit een bepaald tijdsbegrip, een notie die tijd als een schaars goed beschouwt. Veel tijd betekent in deze gedachtengang veel vrijheid – weinig tijd, weinig vrijheid.
Onze maatschappij is een maatschappij die door schaarste wordt voortgedreven, dus is het niet verwonderlijk dat de ‘zandloper’-opvatting van tijd hier dominant is. En dat de aantrekkingskracht van volwassenheid er zo klein is.
Is er een oplossing?
Okee, dat is dus het probleem. Maar is er ook een oplossing?
Ik denk het wel.
De oplossing is paradoxaal, dus ik moet even de tijd nemen om een en ander uit te leggen.
Zoals ik eerder aangaf, is het probleem van jongeren een verkeerd idee van volwassenheid, dat samenhangt met de huidige maatschappelijke ontwikkelingen. Om dat idee te veranderen, moet eigenlijk eerst de maatschappij veranderen. Maar om de maatschappij te veranderen, moet eigenlijk eerst het idee veranderen.
In de woorden van Susan Neiman (Why Grow Up):
Alleen vrije en gelijke volwassenen kunnen een vrije en gelijke samenleving bouwen, maar als de samenleving een belang heeft bij mensen die zich louter afhankelijk opstellen, waar moeten de volwassenen dan vandaan komen?
Hoe komen we uit deze spiraal?
Op het eerste gezicht lijkt dit onmogelijk. Het lijkt alsof we in een paradox van Zeno zijn beland en de hele notie van volwassen worden net zo tegenstrijdig is als het idee dat Achilles de schildpad inhaalt.
Achilles kan de schildpad nooit inhalen, leert Zeno ons. Immers: als de schildpad met een voorsprong start, moet Achilles eerst zijn aanvankelijke achterstand inhalen. Maar als dat gebeurt is, is de schildpad weer een klein stukje gevorderd en moet Achilles die afstand weer overbruggen. En voordat hij dat gedaan heeft, is de schildpad weer een beetje verder gelopen. Enzovoort…
Zeno gebruikte deze paradox (en eendere, zoals die van de pijl die tegelijk in beweging en in rust is) als bewijzen dat er niet iets bestaat als verandering. Dat verandering een illusie is. Misschien is stilstand ook een illusie, zegt Zeno, maar dan eentje met minder tegenspraken.
Volwassen worden lijkt in onze samenleving even onmogelijk als dat Achilles de schildpad inhaalt. Maar bij de paradox van Zeno weten we dat een echte wedstrijd tussen Achilles en schildpad altijd door Achilles zal worden gewonnen. En net zo weten we dat het misschien wel ‘onmogelijk’ is om volwassen te worden, maar dat mensen het toch gewoon doen.
Hoe doen ze dat dan?
Ik denk dat ze volwassen worden door zich als volwassen voor te doen.
Fake it till you make it
Uit psychologische onderzoeken weten we dat het een groot verschil maakt of we een bepaalde taak met vertrouwen aanpakken of dat we denken te zullen falen. Beide uitgangspunten leiden tot een self fulfilling prophecy. Als ik denk dat ik mij in een sollicitatiegesprek goed zal verweren, dat ik mijzelf zal tonen als the right man for the job – dan is de kans groot dat dit ook gebeurt. Als ik daarentegen denk bij het gesprek ontmaskerd te zullen worden als een ongeschikte prutser, dan is dat kans groot dat dit inderdaad zal gebeuren.
De wetenschap dat wij, al naar gelang, onszelf de put in kunnen denken of ons boven onszelf uit kunnen laten stijgen, heeft geleid tot de aanbeveling dat je negatieve emoties moet overstemmen en zekerheid moet veinzen – dan is de kans groter dat een klus slaagt. Waardoor je vervolgens echt zelfvertrouwen opbouwt, wat het waarschijnlijker maakt dat de volgende klus ook weer zal slagen, wat weer meer zelfvertrouwen geeft, enzovoort…
Het motto ‘Fake it till you make it’ roept je dus op om een positieve spiraal the creëren, een virtuous circle, die precies het tegenovergestelde is van de vicieuze cirkel van onze volwassenheids-paradox.
Natuurlijk zijn er manieren van ‘faken’ die averechts werken en niet kunnen worden aanbevolen. Het is één ding om een gesprek in te gaan met de mantra: ik zal mijzelf als zelfverzekerder presenteren dan ik eigenlijk ben, een ander ding om je CV te vervalsen. En het kan geen kwaad om je bij het flirten voor te doen alsof je overtuigd bent van je eigen aantrekkingskracht. Het kan wel kwaad om te verzwijgen dat je getrouwd bent.
Om jezelf volwassener te doen dan je jezelf voelt: dat heeft geen nadelen, volgens mij. Integendeel, het is zelfs nodig, omdat niemand zich meteen volwassen voelt, zo gauw hij of zij de grens van 19 of 21 gepasseerd is. Elke jonge volwassene voelt zich een beetje een bedrieger, die om onbekende reden door anderen ineens als volwassen wordt beschouwd, terwijl de jongere zichzelf eerder als kind ziet. Het gevoel van “Ze zei meneer tegen me!”
Jezelf als volwassene voelen is de eerste stap om het ook te worden. De volgende stap is jezelf als volwassene te gedragen.
Hoe doe je dat? Mijn advies: probeer niet te vervallen in de vicieuze cirkel van haast en verveling, verveling en haast. Het leven volstoppen met prikkels werkt niet, apathisch afwachten ook niet.
De grootste kans om in die vicieuze cirkel terecht te komen is het consumeren van allerlei dingen, het focussen op wat ik eerder als porno heb omschreven: voedselporno, nieuwsporno, vakantieporno, autoporno, sexporno…
Behoeftes die door porno worden opgewekt, om verveling te verdrijven – en die elkaar haastig opvolgen, omdat er meteen weer een nieuwe ‘behoefte aan een behoefte’ ontstaat – dat zijn niet de behoeftes die tot een bloeiend, volwassen leven leiden. Volwassen zijn is meer dan een ‘bucket list’ afwerken.
In het algemeen geldt de regel: wat avontuurlijk is, is volwassen. Dat kan op jongeren overkomen als absurd: zij denken vaak dat de jeugd een tijd van het avontuur is, terwijl je als volwassene kiest voor veilige, bezadigde rust. Een vaste relatie. Een vaste baan. Een vaste woonplaats.
De werkelijkheid is echter precies andersom. In een vaste relatie word je gedwongen om jezelf bloot te stellen aan een Ander, en daardoor leer je pas echt jezelf kennen, veel beter dan door een reeks oppervlakkige scharrels. Daarin herhaal je vaak slechts de scripts die je vroeg hebt aangeleerd om met bepaalde levenssituaties om te gaan. Pas als het er ‘echt om gaat’ en als je jezelf op het spel zet, kun je groeien en tot bloei komen. En hetzelfde geldt voor werken. Of reizen, bijvoorbeeld.
Veel jongeren hangen de reeds oude overtuiging aan dat reizen een onmisbaar onderdeel van je ontwikkeling is. En dat geloof ik ook. Ik denk echter dat de meest voorkomende vorm, backpacking, niet veel oplevert. Daarvoor is het in de meeste gevallen te veilig (met westers paspoort, credit card en smartphone), te voorspelbaar (met de Lonely Planet in je rugzak) en te oppervlakkig (met de haast van voortdurende verplaatsing).
Mijn advies zou zijn: ga ergens in het buitenland wonen en werken – tenminste een jaar, totdat je alle seizoenen hebt meegemaakt. En nee, studeren aan een buitenlandse universiteit is niet hetzelfde: dat is per definitie een voorbereidende fase, een veilige oefening.
Volwassen zijn is een ambacht. En voor alle ambachten geldt: je leert het alleen door het te doen. Onder omstandigheden die niet ‘fake’ zijn, zoals op school, maar in een ‘echte’ situatie waarin beloningen de moeite waard zijn (geen cijfer van de docent, maar waardering van een klant) en fouten fataal kunnen zijn (geen onvoldoende en herkansing, maar een klant die wegloopt en niet meer terugkomt).
Fake it till you make it: dat betekent niet dat je jezelf in een nep-omgeving moet plaatsen om op een veilige manier te kunnen oefenen. Het betekent dat je jezelf als held moet ‘voordoen’ en in echte gevaren moet begeven – om daar als bona fide held weer uit te komen.
Je moet een held spelen om het te worden.