Dus. Arjen Lubach heeft ruim 40.000 mensen zo ver gekregen dat ze een een burgerinitiatief om hem tot farao te benoemen, hebben ondertekend. Wanneer de Tweede Kamer dit initiatief bespreekt (geen vaststaande zaak, een commissie kan het afwijzen) zal Lubach als farao in het parlement verschijnen om zijn argumenten tegen de monarchie naar voren te brengen. Want daar draait dit om: het aan de kaak stellen van het in zijn ogen belachelijke erfelijke koningschap.
Wat zijn Lubachs argumenten? Laten we naar hemzelf luisteren:
Grappig is het zeker, maar heel veel argumenten tegen de monarchie hoor ik niet. Samengevat is het eigenlijk niet meer dan “Dit kan toch niet meer! Het is 2015!” En zelfs als je het hele oorspronkelijke item bekijkt (ongeveer drie keer zo lang) vind je maar vier bezwaren:
– de eerste koning was een ‘willekeurige man’ die zichzelf tot koning uitriep
– je hoeft om koning(in) te worden niets te kunnen, behalve ademen
– belachelijk dat een koning niet verantwoordelijk is voor zijn daden (maar de ministers)
– belachelijk dat we een koning(in) niet mogen beledigen.
Ik hoop dat Lubach bij een presentatie in de Tweede Kamer meer relevante opmerkingen heeft, want hier komt hij volgens mij niet ver mee. Eigenlijk kunnen we geen enkel punt met goed fatsoen als ‘argument tegen de monarchie’ betitelen.
1. Zelfs als de eerste koning een ‘willekeurige man’ was (maar dat was natuurlijk niet zo, achter het uitroepen van Willem Frederik tot koning Willem I zit driehonderd jaar geschiedenis), dan zegt dat nog niks tegen de monarchie als staatsbestel. Iets kan toevallig tot stand komen en vervolgens naar ieders tevredenheid functioneren.
2. Inderdaad hoef je niet bij je geboorte als kroonprins(es) al iets te ‘kunnen’, om die staatsrechtelijke rol te verkrijgen. Maar vanaf dag één staat je leven al wel het teken van je toekomstige rol. Waardoor Oranjes een betere voorbereiding op het koningschap krijgen dan elke mogelijke president. En de meeste van onze acht koningen en koninginnen bleken ook gewoon prima geschikt voor hun ambt.
3. Voor de keuze van ultieme politieke verantwoordelijkheid zijn heel veel argumenten. Maar ik hoef ze hier niet te noemen, want ministeriële verantwoordelijkheid is bij elk (grotendeels) symbolisch staatshoofd-schap van toepassing. Ook als dat staatshoofd gekozen is.
4. Hetzelfde geldt bij majesteitsschennis. Dat het beledigen van het staatshoofd strafbaar is, heeft niets te maken met erfopvolging en monarchie. De argumenten om het beledigen van een koning strafbaar te stellen, gelden ook bij een president. Of een gekozen farao.
Overigens: zolang de koning en koningin belachelijk kunnen worden gemaakt bij Lucky-TV zonder dat er een haan naar kraait – waar hebben we het dan over?
Dat Lubach niet echt een ‘case’ maakt tegen het koningshuis is wel een beetje typerend voor veel anti-monarchisten, die doorgaans zo van hun gelijk overtuigd zijn dat ze niet dit niet meer met argumenten menen te moeten staven. Erfopvolging is gewoon niet meer van deze tijd, een republiek wel. Klaar. Aan de vraag welk van beide vormen nu de best werkende staatsvorm is, komen deze Prinzipienreiter niet toe.
Laten wij dat verzuim goedmaken.
Okee, monarchie is misschien ouderwets en niet democratisch – maar werkt het?
De principiële denker vraagt eerst of we beter een gekozen staatshoofd kunnen hebben of een erfelijke vorst – en als die keuze gemaakt is, wordt er gekeken of het staatshoofd alleen een ceremoniële rol moet hebben, of ook politieke macht.
De pragmaticus draait deze vragen om en zet eerst eens de voors en tegens van ‘ceremonieel’ en ‘politiek’ koningschap/presidentschap op een rijtje. Als je dat doet, zal iedereen inzien dat er veel valt te zeggen voor een scheiding van beide rollen.
Een staatshoofd moet allereerst een vertegenwoordiger van een geheel land zijn, niet van een politieke factie. Hij of zij moet verbinden, niet verdelen. Nadelen van de combinatie staatshoofd-regeringsleider zien we in de gepolariseerde VS, waar vaak een president wordt bejubeld door de eigen achterban en verketterd door de andere partij. Progressieve Amerikanen voelden zich totaal niet vertegenwoordigd door Nixon, Reagan of Bush, terwijl conservatieven een oprechte haat koesterden jegens Carter, Clinton en Obama.
Voor een ceremonieel, niet-politiek presidentschap of koningschap valt dus veel te zeggen. Wat biedt de beste kansen dat die rol goed vervuld wordt? Het valt weer gemakkelijk in te zien dat iemand die van jongs af aan op deze rol is voorbereid en die nooit lid is geweest van een politieke groep, op voorhand meer geschikt is dan iemand die zich omhoog heeft gewerkt door persoonlijke ambitie en inzet voor een bepaalde politieke partij. Zeker de laatste eeuw hebben vijf generaties van Oranjes invulling gegeven aan een dienend leiderschap van de staat op een manier die alom bewondering heeft gewekt – hadden politici als Colijn, Drees, Lubbers of Rutte dat even goed of beter gedaan? En denken we ook aan recente presidenten van Duitsland: Horst Köhler trad in 2010 af na kritiek op een controversiële uitspraak (wat zouden de Duitsers blij zijn geweest met ministeriële verantwoordelijkheid) en Christian Wulff in 2012 na verdenkingen van corruptie. Die ellende zal ons bij Willem-Alexander bespaard blijven, dat durf ik wel te stellen.
In onze koning komen veel kwaliteiten samen: een brede opleiding, kennis van en ervaring met alle delen van het Koninkrijk, de voorbeelden van zijn moeder en grootmoeder, een stabiel gezinsleven met een immens populaire echtgenote – ook zonder alle romantiek en glamour van het koningshuis zou hij al een meer geschikt staatshoofd zijn dan elke politicus die we kunnen bedenken.
Wie pragmatisch tegen de zaken aankijkt, is dan ook blij met onze monarchie en zeker met ons fatsoenlijke, sympathieke koningshuis. Voor de principiële mensen onder ons wil ik echter nog wel één argument aandragen waarom een staatshoofd niet gekozen moet worden: het betreft hier een functie zonder werkelijke macht, die zo min mogelijk politiek moet worden ingevuld. Waarom zou ‘meeste stemmen gelden’ daarbij van toepassing moeten zijn?
In onze samenleving zijn al genoeg dingen schaars – dat wil zeggen dat je ze alleen van anderen kunt krijgen, in de vorm van populariteit, macht of geld. Voor de balans is het dan niet slecht dat de hoogste functie in het land weinig tot niks met die zaken te maken heeft. Volgens mij is dat een voorbeeld van wijsheid. Natuurlijk, zoals ik vaak gehoord heb: als we nu Nederland zouden ontwerpen, zouden we in dat ontwerp vast geen monarchie opnemen. Maar wat zegt dat? Historisch gegroeide zaken, resultaat van oneindig veel kleine lokale beslissingen die tot grote globale patronen voeren, zijn vaak veel verstandiger dan onze grote blauwdrukken. Zie de mislukkingen bij alle revoluties waarbij getracht is vanaf de grond een nieuwe samenleving op te bouwen: dat is steeds rampzalig misgegaan – bij de Franse revolutie, de communistische omwentelingen en de machtsgreep van Hitler. De enige uitzondering vormt de Amerikaanse revolutie, die niet zozeer een nieuw utopisch begin inluidde maar het sluitstuk vormde van een eeuwenlang emancipatieproces.
Dus: leve onze monarchie, die overigens, zoals wij allen weten, een republiek met een erfelijk staatshoofd is. We hebben daarmee het beste van twee werelden.
Als iemand de nadelen van de monarchie wil bespreken (die zijn er ook): prima! Maar als iemand de koning wil vervangen door een president (of een farao): doe maar niet.