De laatste weken heb ik op deze plek de ontwikkelingen van de data-revolutie verkend, met als illustratie de invloed van data-analyse op topsport. Mijn onderzoek ging erover of de nieuwe kennis van patronen in topsport de kijk op die sport veranderen – niet alleen van spelers en begeleiders, maar van iedereen. Met andere woorden: als de door wetenschap opgekrikte Homo Deus, de supermens van Yuval Noah Harari, voetbal gaat spelen, wat betekent dit dan voor de geest van het spel?
Ik ben geen science fiction schrijver, maar ik wil hier toch voorzichtig speculeren over de toekomst, gebruik makend van wat ik in de laatste weken heb ontdekt en wat eerdere relevante inzichten toevoegen.
Wat me in elk geval al duidelijk lijkt, is dat spelers anders naar het veld en hun medespelers zijn gaan kijken – dat ze dat nu beter doen dan vroeger, omdat uit data-analyse is gebleken dat de beste kijkers ook de beste spelers zijn. En omdat je kijken kunt trainen
Scanning, zoals wetenschappers deze kwaliteit noemen, is het vermogen om wanneer de bal onderweg is van de ene speler naar de andere, kort om je heen te kijken om de situatie te evalueren. Critical scanning, het cruciale kijken, is het rondkijken wanneer de bal onderweg is naar jou en je jouw volgende actie moet plannen.
Sommige mensen zijn van nature beter dan andere in scannen – en de beste technische spelers zijn doorgaans in dit opzicht ook het beste – logisch, als je jezelf niet druk hoeft te maken over balbeheersing heb je meer tijd over om met andere dingen bezig te zijn. Dus het verbaasd niet dat Lionel Messi er goed in is, en Kevin de Bruyne, en Luca Modri, en in Nederland Frenkie de Jong . Het zal je misschien wel verbazen dat je scannen kunt trainen met behulp van virtuele technnieken – en dat die training wordt gebruikt door kampioen-scanner Martin Odegaard:
Wat ik nog nergens heb gevonden: dat spelers ook bewust leren om te onderscheiden tussen kansrijke en kansarme gescande situaties. je zou je kunnen voorstellen dat computers uit de ontelbare hoeveelheid gegevens ook hebben gedestilleerd wanneer je aan wie een dieptepass moet geven (met het risico op balverlies) en wanneer niet. En dat je met eendere Virtual Reality-technieken ‘droog’ kunt oefenen op het al dan niet geven van een pass en op het kiezen uit meerdere opties. Zoals gezegd: ik heb er nog nergens over gelezen, maar het lijkt me een logische volgende stap.
Ik kan me veel vormen van training voorstellen die dubbel gebruik maken van AI – enerzijds om patronen te identificeren waarop spelers zich kunnen verbeteren, en anderzijds het oefenen in die patronen middels VR. Zodat het spel in de komende decennia sneller wordt, met meer passes, meer kansen en meer goals. (Anderzijds zullen verdedigers ook worden getraind om de patronen van het team in balbezit te ontregelen, dus we weten niet hoe die wapenwedloop zal eindigen.)
Hoewel dergelijke veranderingen denkbaar en misschien zelfs waarschijnlijk zijn, zie ik niet hoe ze veel aan voetbal, aan de geest van het spel, zullen veranderen. Voetbal zal dan nog steeds een samenspel van twee keer elf individuen zijn, van wat Harari een Liberal Self noemt, de (volgens hem) fictie van een individuele eenheid met vrije wil en verantwoordelijkheid – iets wat door de wetenschap zou zijn ontmaskerd als een ‘verhaaltje’ dat we aan onszelf vertellen, terwijl we in werkelijkheid worden gedreven door zenuwimpulsen, hormonen en genen. Dit ‘vrije zelf’ zal echter worden overstegen door genetische manipulatie, door aanvulling van computerchips – en daarna zullen er alleen nog supermensen zijn, die heel lang, misschien eindeloos , leven en door biochemische middelen altijd gelukkig zullen zijn, mengvormen van zoogdieren en computers (of lichamen en de Cloud). Mensen zullen dit niet meer zijn, maar eerder Goden, geen Homo Sapiens, maar Homo Deus. (En dan geen almachtige Jehovah of Allah, maar eerder bovenmenselijke wezens als Odin, Zeus of Indra.)
Liberal Self versus Homo Deus
In Harari’s ogen zullen onze erfgenamen geen mensen meer zijn zoals wij – ze zullen zichzelf niet meer herkennen in de verhalen van Homeros of de bijbel. Ik neem aan dat ze nog wel spel en sport zullen kennen – in een eindeloos gelukkig leven zal de afleiding door spelen misschien wel belangrijker zijn dan ooit.
Eén toekomstvariant van voetbal die ik me voor zou kunnen stellen bij Homo Deus is voetbal als een soort computerspel, waarbij een speler niet meer een individu op het veld is, maar de persoon aan de zijlijn die, misschien wel alleen door zijn gedachten, elf robot-voetballers aanstuurt in een strijd met een tegenspeler en diens elf robots. Zoals nu alleen nog maar op een scherm kan, maar straks waarschijnlijk wel in 3D.
De vraag is echter dan nog steeds: verandert dit iets aan het spel? Aan wat goed voetbal is? Aan de deugden van een geslaagde dribbel, een splijtende diepte-pass, een welgemikte kopbal? Ik denk het niet.
Voor de (nog) verdere ontwikkeling zie ik twee mogelijke scenario’s.
Het ene scenario is verbeeld door Herman Hesse, in zijn roman Das Glasperlenspiel, waarbij er een alles-overkoepelend spel ontstaat dat alle spelen, alle kunsten, alle wetenschappen in zich opneemt:
Het kralenspel is dus een spel met alle inhouden en waarden van onze cultuur, het speelt met hen, pakweg zoals in de bloeitijd van de kunst een schilder met de kleuren van zijn palet gespeeld zal hebben. Wat de mensheid aan kennis, verheven gedachten en kunstwerken in haar scheppende tijdperken tot stand heeft gebracht en de volgende, op geleerde betrachting gerichte perioden in begrippen hebben vastgelegd en tot intellectueel bezit gemaakt, dit gehele materiaal van geestelijke waarden wordt door een kralenspeler zo bespeeld als een orgel door een organist, en dit orgel is van een bijna onvoorstelbare volmaaktheid, haar manuelen en pedalen betasten de gehele geestelijke kosmos, haar registers zijn bijna ontelbaar, in theorie zou je met dit instrument de gehele geestelijke inhoud van de wereld in een spel reproduceren.
Het mag duidelijk zijn dat het in een dergelijk spel niet meer om winnen en verliezen draait, niet meer om het melodrama van triomf en nederlaag. Hoop en vrees, trots en verdriet, woede en afgunst zullen geen rol spelen.
Als voetbal een (klein) onderdeel van dit alomvattende spel zal zijn, zal het een vorm van voetbal zijn waarin mensen/robots kunstige dingen met hun voeten doen, maar in geen enkel ander opzicht zal het op football lijken.
Zo ver zijn we echter nog niet.
Een ander, in mijn ogen geloofwaardiger scenario, is er eentje waarin het Liberal Self de hoofdrol blijft spelen.
Vorige week heb ik gememoreerd hoe de evolutie van het leven op aarde vormen van samenwerking heeft voortgebracht – het vrije zelf is een dergelijke vorm van samenwerking. Verre van een illusie te zijn is het een door de evolutie geschapen constructie, een object dat langzamerhand, zoals Daniel Dennett heeft beschreven, een subject is geworden, een ontworpen ding dat zelf steeds meer ontwerper is geworden. Dat ontwerpende subject is geen creatie van de humanistische ideologie, zoals Harari lijkt te denken, maar van darwinistische evolutie.
Volgens Harari is het vrije zelf net zo onecht als godsdiensten, geld en naties – maar ik zou het willen omdraaien: de christelijke religie, de natiestaat Nederland en de munteenheid euro zijn net zo echt als de individuele mensen die erin geloven, er wonen en ermee betalen. Ze zijn allemaal historische creaties, dat is waar, die op een bepaald moment ontstaan zijn, en misschien zijn ze allemaal ook tussenstadia, die gedoemd zijn te verdwijnen, dat wil ik ook best aannemen – maar dat ze daarom onecht zijn, dat volgt er niet uit. Dan zouden wolken ook onecht zijn, en bergen, en moleculen, en de hele aarde en de hele zon.
Het is allemaal een zaak van perspectief, en het heersende perspectief is nu dat van het vrije zelf – niet dat van genen, hormonen of stroompjes in de hersenen. Geen van deze niveau’s is echter meer waar dan een ander. Het pigment vertegenwoordigt geen hogere waarde dan het schilderij omdat het schilderij uit pigment is opgebouwd.
Dus lijkt het me waarschijnlijk dat voetbal voorlopig een sport van vrije spelers blijft, waarbij we individuen prijzen voor hun reddingen, tackles, schoten en voorzetten. Binnen de samenwerking van een team, natuurlijk, maar niet als anonieme deeltjes of slaafse robots/avatars.
En individuen zullen willen blijven uitblinken in dit team, en samen zullen ze wedstrijden willen winnen. Ze zullen hopen op een strafschop, vrezen voor een late tegengoal. Ze zullen wanhopig ineenzijgen na een nederlaag en uitzinnig rondrennen na een overwinning.