229. Het woordenboek van geaccepteerde bullshit: blue monday

Posted on 26 jan 2019 in Blog, Bullshit, Featured

229. Het woordenboek van geaccepteerde bullshit: blue monday

Afgelopen maandag was het zogenaamd Blue Monday, de meest deprimerende dag van het jaar. Hoewel het begrip ‘blue monday’ (niet te verwarren met onze ‘blauwe maandag’) tenminste zestig jaar oud is (het gelijknamige nummer van Fats Domino is uit 1959), kennen we pas sinds 2005 de traditie van de derde maandag in januari als de zwartste dag van het jaar. Nu is het begrip wijd verspreid, met jaarlijkse media-aandacht voor de dag, de herkomst – en allerlei dingen die er vaag mee te maken hebben: somberheid, verlangen naar de zomer, een kater na het weekend, depressie, burn out.

Blue Monday werd in 2005 bedacht door Porter Novelli, een Brits reclamebureau. Om vakanties te verkopen. Om hun marketingvondst te legitimeren zochten ze samenwerking met een psycholoog – de meest gezaghebbende die ze bereid vonden was Cliff Arnall, een psycholoog uit Cardiff die daar avondlessen gaf aan ouderen. Reclamebureau of Arnall (dat is onduidelijk) verzon zelfs een formule om een en ander wetenschappelijk te laten lijken – met factoren als het weer, ons banksaldo na de feestdagen, de mislukte goede voornemens en het aantal dagen tot de eerstvolgende vakantie). Zo ‘kwamen ze uit’ bij de derde maandag van het jaar aan als dé dipdag bij uitstek. De ideale dag om een vakantie te boeken.

Unknown

Na 2005 veroverde Blue Monday de wereld, tot journalisten en psychologen op onderzoek uitgingen en ontdekten dat het geheel volstrekte bullshit is. Er verschenen columns en artikelen die Arnall en Blue Monday aan de kaak stelden.

Was dat het einde van Blue Monday? Nee hoor. Niet alleen is Blue Monday bullshit, het is zombie bullshit – bullshit die niet dood kan gaan.

Na een paar jaren van relatieve stilte maakte het begrip een comeback, vooral in Nederland. Kranten wijden er nu elk jaar artikelen aan, op Facebook wordt het breed gedeeld  en op de radio klinken de bijbehorende liedjes (behalve Fats Domino ook New Order en andere liedjes met ‘maandag’ in de titel).

In de jaarlijkse krantenartikelen wordt getrouw melding gemaakt van het feit dat Porter Novelli en Cliff Arnall het begrip en zijn rechtvaardiging uit hun duim hebben gezogen – om er vervolgens toch aandacht aan te besteden. De Volkskrant zelfs onder de kop “Blue Monday is verdomd handige onzin”.

Dat is hogere bullshit: iets ontmaskeren als bullshit en het dan meteen weer als schijnnieuws gebruiken.
Chapeau.

Toppunt van paradoxaal cynisme is echter geen krantenartikel. En zelfs niet het op 21 januari gehouden ‘depressiegala’ van de Mental Health Foundation, al is dat een rare koppeling, om aandacht te vragen voor een serieuze zaak middels het boosten van een onzinnige thema-dag (en maandagochtend blues over een kam te scheren met chronische depressie).

Hoogtepunt van BM-bullshit is een reclamecampagne van de Canarische eilanden:

Hier wordt het geheel één grote mindfuck: een ontmaskering van een ontmaskering van een reclamecampagne die zelf weer een reclamecampagne is! Met medewerking van Cliff Arnall, die nu een soort postmoderne held is geworden, een levende meme.

De boodschap van de commercial geparafraseerd:

Het is vandaag Blue Monday – maar dat betekent niets! Als je iets maar vaak genoeg herhaalt, wordt het uiteindelijk waar – behalve dit! Dit is maar de mening van één man.
Je kunt vandaag gewoon gelukkig zijn; net als op elke andere dag kun je excuses verzinnen om andere te zoenen of te omhelzen. O ja, en om de Canarische eilanden te bezoeken!

Soms denk ik dat Blue Monday de definitieve combinatie van schijnnieuws en bullshit is:

– een geregisseerde gebeurtenis
– met doel zo breed mogelijk verspreid te worden
– ambigu van aard en oorsprong en
– een self-fulfilling prophecy.

En het geheel is nu een onontwarbare kluwen, een cocktail waarvan we de ingrediënten niet meer kunnen achterhalen, maar die in elk geval Een ding bewerkstelligt: door het uitwissen van de grenzen tussen nep en echt, waar en onwaar, worden feilloos de zakken van de intiatiefnemers gespekt. Van media, van opdrachtgevers, van advertentiebureaus. Van Cliff Arnall.

Dat rechtvaardigt een ereplek in het woordenboek van geaccepteerde bullshit:

Blue Monday – niet bestaande ‘droevigste dag van het jaar’, verzonnen om non-droevige dingen te promoten; schijnnieuws dat zichzelf als zodanig ontmaskert; ultieme bullshit.