
Vorige week besprak ik de ontwikkelingen rondom schijngebeurtenissen in de politiek, of beter: politiek als schijngebeurtenissen. En ik moest concluderen dat schijngebeurtenissen nu veel meer de politiek kenmerken dan negen jaar geleden, toen ik er voor het eerst over schreef. Toen beheersten schijngebeurtenissen de campagnes, nu vormen ze ook groot deel van het bestuur.
Het andere begrip dat ik in 2016, naar aanleiding van de opkomst van Donald Trump, oppakte was een notie van filosoof Harry Frankfurt, bullshit. Tenminste: Frankfurt heeft dit begrip natuurlijk niet bedacht, maar uitgelegd.
In zijn essay ‘On Bullshit’ beschrijft de Amerikaan het verschil tussen bullshit en het verwante begrip leugen.
Allereerst is een leugen een gerichte uitspraak, een leugen heeft een focus. De leugen probeert op een specifieke plek in een web van overtuigingen een onwaarheid te plaatsen, omdat de leugenaar een voordeel heeft bij deze specifieke onwaarheid (of de waarheid hem zou schaden).
Een leugen is een ‘zet’ in een spel dat om waarheid draait. De leugenaar weet wat waar is, of denkt dat in elk geval te weten, maar kiest ervoor iets te zeggen dat onwaar is – met de pretentie dat het waar is.
Bullshit werkt heel anders. Allereerst heeft het geen focus: bullshit komt niet in enkelvoudige vorm, als een bepaalde uitspraak – je verspreidt het, als mest (waar de metafoor ook vandaan komt). En bullshit is geen zorgvuldige poging om in een web van waarheden een specifieke onwaarheid aan te brengen – een bullshitter is bereid de gehele context te verzinnen, als dat nodig is.
Dit betekent niet dat bullshitten moeilijker of gemakkelijker is dan liegen – het is vrijer, creatiever, artistieker. Bullshit is meer een kunst dan een ambacht, zegt Frankfurt. Vandaar de term ‘bullshit artist’.
Spin
In de politiek is het spuien van bullshit een oud en gerespecteerd ambacht. Tot voor kort had het beroep zelfs een officiële naam: spindoctor.
Een spindoctor was iemand die alles deed en zei om zijn/haar kandidaat en partij zo gunstig mogelijk over het voetlicht te brengen. Daarbij werd een draai, in het Engels een spin, aan de werkelijkheid gegeven zodat die er op de gewenste manier uitzag.
Klassieke tijd en plaats van spinnen was het moment na een politiek debat, waarbij spreekbuizen van de kandidaten zich verzamelden in de zogenaamde spin room, waar ze probeerden uit te leggen waarom hun kandidaat het debat gewonnen had. Zoals bij een debat tussen Hillary Clinton en Donald Trump, in 2016:
Na het debat proberen vertegenwoordigers van beide kanten argumenten aan te dragen waarom hun kandidaat heeft gewonnen en ook een betere president zou zijn. Aan de Democratische kant wordt onderstreept dat Clinton goed voorbereid was op het debat, in tegenstelling tot Trump. Dat sluit goed aan bij haar campagne-argument dat ze als voormalig First Lady, senator en minster van Buitenlandse Zaken goed voorbereid aan het presidentschap zou beginnen. En de Republikeinen betogen dat Trump niet zo voorbereid hoefde te zijn, omdat hij, net als een gewone Amerikaan, beslissingen neemt op zijn gevoel. Hij is tenminste een mens, niet zo robotachtig als Hillary.
Op een kijker van 2025 komt de spin bijna absurd redelijk en beleefd over. Natuurlijk, beide partijen proberen de tegenstander als ongeschikt te portretteren, maar ze doen dat met redenen die aansluiten op hun CV, hun persoonlijkheid en hun debat-optreden. En zonder persoonlijke aanvallen, beledigingen, leugens.
Alle woordvoerders (surrogates) nemen een deel van de werkelijkheid en geven daar een draai aan: zeker, Donald (nadruk op de informele voornaam) was niet zo goed voorbereid als Clinton, maar hij heeft de gave om contact te maken met de doorsnee Amerikaan; natuurlijk, Clinton was tot in de puntjes voorbereid, maar soms is gedrag wat al te berekenend en geprogrammeerd, zoals bij een robot. Daarentegen: Clinton mag op een bepaalde manier ‘voorgeprogrammeerd’ lijken, dat betekent wel dat ze vanaf dag 1 het ambt van president goed zal kunnen vervullen en niet al doende het vak moet leren, zoals Trump.
Spin is een vorm van bullshit, maar het is een bescheiden vorm van bullshit. Het negeert de werkelijkheid niet, het probeert alleen een deel van de werkelijkheid eruit te lichten, aan te zetten – het deel wat de eigen partij bevoordeelt. In zijn afzonderlijke argumenten is het eigenlijk niet eens bullshit, omdat het niet het verschil tussen waarheid en leugen, feit en fictie, verhult. Het is alleen waar spin voortdurend en alomtegenwoordig wordt – waar spindoctors never nooit toegeven dat iets gunstig is voor de tegenstander en ongunstig voor de eigen kandidaat – dat spin in bullshit verandert.
De retorische trucs van spindoctors en politici (het aanreiken van handige soundbites, citaten of feiten selectief gebruiken, spreken alsof omstreden zaken vaststaande feiten zijn, ambigue bevestigingen of ontkenningen, iets noemen zonder het te beweren – “ik zal niet zeggen dat…”) trachten altijd te stoppen vóór de grens van de harde leugen of valse beschuldiging. Ze zijn altijd dubbelzinnig en gekwalificeerd maar tegelijkertijd plausibel. Behalve dat ze een draai geven aan de realiteit proberen ze ook, in een tweede betekenis van spinnen, een realistisch web van feiten te weven – realistisch, niet altijd reëel.
Voorbij spin
Het is niet pas sinds Trump dat pure bullshit, ver voorbij gewone spin, in de politiek opgang doet. Hoewel Trump de belangrijkste verspreider is – in hoeveelheid en frequentie – kan hem niet de uitvinding van bullshit worden toegeschreven. Die twijfelachtige eer gaat naar Vladimir Poetin. Of eigenlijk naar zijn belangrijkste spindoctor Vladislav Soertov, de man die van nieuws spektakel heeft gemaakt en die samen met Poetin Rusland in Spiegelland heeft veranderd.
Spektakel als nieuws, nieuws als spektakel, schept dagelijks euforie en depressie, een achtbaan van emoties die burgers angstig en boos moet maken en polarisatie moet opstoken. In dat spektakel dienen leugens er niet voor om een nieuwe werkelijkheid te creëren waarin kijkers geloven: het gaat erom dat mensen de leugens doorzien en denken dat alles een leugen is, dat niets en niemand geloofd kan worden.
In een dergelijke toestand is er geen alternatief voor de heersende macht, geen mogelijkheid om zaken te verbeteren. En geen vertrouwen om samen aan hervormingen te werken. Zoals Timothy Snyder (The Road to Unfreedom) heeft opgemerkt: voor een plausibele toekomst heb je een feitelijk heden nodig – als je vandaag van niets zeker kunt zijn, is het niet mogelijk aan morgen te denken.
Wanneer de heersende macht, met controle over parlement, media en de straat, spreekt als de Kretenzische leugenaar, dan heeft de oppositie, de journalist, de burger, geen uitweg. Je kunt niet uit een paradox komen als je er eenmaal in zit. Poetins manier om tegelijk te liegen en de waarheid te spreken, tegelijk te verhullen en te onthullen, geeft tegenstanders niets om mee te werken. Zijn stelregel – ‘Ik lieg openlijk tegen je en we weten het allebei’ – is geen bekentenis, geen onthulling, het is een oproep om met het liegen mee te doen.
In die bullshitwereld kun je alles roepen, het hoeft niet eens geloofwaardig te zijn, het hoeft niet eens ergens op te slaan. Verkiezingen zijn een homoseksueel complot. Joden zijn verantwoordelijk voor de Holocaust. Oekraïne is geen natie, maar wel een nest van nationalisten.
Nogmaals: doel van dergelijke bullshit is niet om een debat te winnen, het gaat erom een debat onmogelijk te maken. Zodat brute macht en geld vrij spel hebben.
Deze bullshit – en de bijpassende machtspolitiek, en de bijbehorende corruptie – zijn Poetins succesvolste exportproduct, belangrijker dan olie of gas. Hongarije heeft het geïmporteerd, en Turkije, en Slowakije, en Polen, en de VS, en Brazilië, en Roemenië, en grote delen van andere samenlevingen, waaronder de Nederlandse.
Trump
Natuurlijk, de fijnproever, de bullshit-connaisseur, vindt nergens betere bullshit dan bij Donald Trump, de man die een overduidelijk gephotoshopte foto omhoog kan houden en kan stellen dat de afgebeelde tatoeage echt is.

Trump kan zichzelf in één zin tegenspreken, en zoveel aperte onzin spuien dat de interviewer niet weet met welke tegenspraak, leugen of absurditeit te beginnen. Bijvoorbeeld over de muur aan de Mexicaanse grens (de volgende fragmenten komen uit een interview met Time, van 22 april:
Ik bouwde honderden kilometers muur, en toen wilde hij (Biden) niet, en we hadden nog een andere, extra honderd kilometer die ik had kunnen bouwen omdat ik het als extra had besteld. Ik voltooide de muur, wat ik aan hebt doen was, maar we hebben, ik wilde extra bouwen omdat het zo goed werkte. Een uitbreiding.
Of over het doel van de importheffingen:
U wilt dat bedrijven bouwen en goederen maken hier in Amerika.
Niet in alle gevallen. Er zijn sommige producten die ik echt niet hier wil maken.
Zoals t-shirts?
Ik kan u geen – ik kan u een lijst geven want ik heb echt een lijst, maar als u wilt, zou ik hem u kunnen geven.
En dan de hilarische passage over handelsovereenkomsten:
Uw handelsadviseur, Peter Navarro, zegt dat 90 overeenkomsten in 90 dagen mogelijk is. Het is nu 13 dagen sinds het punt dat u de wederkerige, de verlaagde wederkerige heffingen hebt opgeheven. Er zijn tot dusver nul overeenkomsten. Waarom is dat?
Nee, er zijn een heleboel overeenkomsten.
Wanneer worden die bekend gemaakt?
U moet begrijpen, ik heb te maken met alle bedrijven, erg vriendelijke landen. We overleggen met China. Het gaat prima met allemaal. Maar uiteindelijk heb ik alle deals gesloten.
Geen enkele is al bekend gemaakt. Wanneer gaat u die bekend maken?
Ik heb 200 deals gesloten.
U hebt 200 deals gesloten?
100%.
Kunt u zeggen met wie?
Want de deal is de deal die ik kies. Kijk er zo naar: we zijn een warenhuis, en we stellen een prijs vast. Ik overleg met bedrijven, en dan bepaal ik een eerlijke prijs, wat ik een eerlijke prijs vind, en ze kunnen die betalen, of ze hoeven die niet te betalen.
En als de interviewer probeert iets over de onderhandelingen met China te vragen:
Maar uw gesprekken met Xi hebben u het gevoel gegeven dat we in de richting van een meer productieve –
Oh, er is een getal waarmee ze comfortabeler zullen zijn. Ja. Maar je kunt ze niet een biljoen dollar van ons laten verdienen. Je kunt ze niet $750 miljard laten verdienen. Kijk, dat is wat niet houdbaar is, wanneer China een biljoen verdient, of 1.1 biljoen, wanneer we bijna $2 biljoen verlies, zo noem ik het, maken. Sommige mensen doen dat niet, maar een groot deel ervan is verlies. Ik zeg, wanneer je een handelstekort van $2 biljoen hebt beschouw ik dat als een verlies.
Het is allemaal even onzinnig en gelogen, bluf en ontkenning tegelijk, grootspraak en eufemisme – tegelijk opgeblazen en toch benepen. Trump valt in zijn antwoorden iedereen aan, inclusief de journalist, als die om uitleg vraagt of zelf een vraag aan Trump verduidelijkt. Ik zou het liefst nog tientallen fragmenten eruit lichten, maar iedereen kan het interview zelf lezen. Of het interview met NBC terugkijken, van een paar dagen geleden. Of eigenlijk alle interviews, persconferenties, toespraken en debatten van de laatste tien jaar.
Trump is Poetins grootste triomf. Tenminste. We hebben de laatste drie maanden gezien dat de hoeveelheid bullshit voor veel mensen in Europa, Canada en Australië ook afschrikkend werkt, waardoor Trump-clonen in de laatste twee landen recent verkiezingen verloren. Dus misschien.
Misschien komen mensen er achter dat bullshit stinkt.