402. Nieuwe helden (en schurken)

Posted on 1 dec 2022 in Featured, Uncategorized

402. Nieuwe helden (en schurken)

Om het probleem van ressentiment op te lossen, volstaat het niet een politieke remedie te vinden. Ressentiment wordt namelijk gevoed door statusangst, dat weer gebaseerd is op macht, dat weer gevestigd is op wedijver, dat weer rust op menselijke emoties. Wanneer we iets aan ressentiment willen doen, moeten we dus op psychologisch, economisch, sociaal en politiek niveau werken.

Zoals ik al eerder heb geschreven: ik denk dat hiervoor alleen een epos bruikbaar is, een heldenverhaal dat ons, in een mythologische setting, toont welke permanente eigenschappen en mogelijkheden we hebben. Want dat is wat een mythe eigenlijk is: een verhaal waarin we ‘eeuwige’ menselijke eigenschappen projecteren op personen en omstandigheden in een (vaak denkbeeldig) verleden, zodat we er met enige afstand naar kunnen kijken en kunnen ontdekken hoe wij en onze wereld eigenlijk in elkaar zitten.

Een mythe raakt ons in onze emoties en heeft tegelijk psychologische, sociale en politieke betekenis. Een mythologisch epos verbindt het metafysische met het persoonlijke. Het toont in een verbeelding van het verleden een weg naar de toekomst.

Dat mensen op zoek zijn naar nieuwe mythen en nieuwe heldenverhalen lijkt me wel duidelijk uit de populariteit van Star Wars, Star Trek, Games of Thrones, de Tolkienverhalen en het Marvel-universum. Ik kan op deze plek niet uitweiden waarom deze verhalen niet de ‘verlossende’ verhalen zijn die we nodig hebben en wat er daarvoor aan hen ontbreekt. Ik wil hier alleen zeggen dat ressentiment in deze cycli geen thema is en ze daarom hiervoor ook geen oplossing bieden.

Ressentiment is wel een hoofdthema in Der Ring des Nibelungen, de vierdelige opera van Richard Wagner waaraan hij van 1848 tot 1876 werkte. De Ring verhaalt namelijk van een strijd tussen de twee soorten van macht die ik vorige keer heb beschreven: de macht die alleen om winnen en verliezen draait, gevoed door onze statusgevoelens (trots, schaamte, afgunst in verband met mijn plek in de groep) en de macht die gericht is op het algemeen belang en gekenmerkt wordt door de sociale gevoelens over rechtstreekse interacties (sympathie, woede, dankbaarheid en vertrouwen). In de Ring worden die twee soorten van macht gesymboliseerd door de ‘Nibelung’, de dwerg Alberich en de oppergod Wotan. (Hun tegenstelling wordt ook wel beschreven als die tussen ‘licht-elf’ Wotan en ‘zwart-elf’ Alberich.)

In Alberich heeft Wagner een imposant portret geschapen van de mens die door ressentiment verteerd wordt.

Ressentiment is altijd een gevolg van verlies, afwijzing of achterstelling die als bewuste en oneerlijke krenking wordt opgevat. Waar begint ressentiment, bij het verlies of bij de neiging om dat verlies of die afwijzing als een opzettelijke krenking te zien? Als jij op mijn tenen trapt, begint dat dan met jouw voetstap of mijn lange tenen? In de Ring is het duidelijk dat Alberich iets wordt aangedaan en dat hij in zekere zin een slachtoffer is. Maar Wagner suggereert ook dat er bij Alberich al een zekere mate van slachtofferschap in zat. Hij introduceert de dwerg namelijk als volgt:
Alberich besluipt de Rijndochters

Is dat een manier waarop een openhartig, eerlijk, grootmoedig persoon – een held – andere personen tegemoet treedt? Nee toch? Wagner impliceert hier al dat in Alberich iets duisters zit, iets kruiperigs, iets gewelddadigs. Ook als je alleen al de muziek hoort, weet je dat een dergelijke vrijer niets te zoeken heeft bij de dochters van de Rijn, die als volgt klinken:

Dat de Rijndochters de avances van Alberich afwijzen, komt niet als een verrassing. Op een bepaalde manier lijkt die afwijzing voorbestemd, voortkomend uit de manier waarop Alberich de dochters het hof maakt. Dat ze vervolgens met hem spelen en hem bespotten is dan wel weer onnodig en wreed, en iedereen kan de frustratie begrijpen die de dwerg daarbij voelt:

Alberich na de afwijzing door de Rijndochters

Dit is niet puur, onvermengd verdriet, dit is al pijn waar woede in schuilt, en wraaklust. We horen als luisteraars al dat Alberich de schouders niet zal ophalen en monter een volgende vrouw zal benaderen, maar dat hij zint op een manier deze Rijndochters hun afwijzing betaald te zetten. En het komt ook niet als een verrassing dat de Nibelung bij die stap, die een keuze tussen liefde en macht inhoudt, zonder voorbehoud voor macht kiest. Macht boven liefde, strijd boven samenwerking, wraak boven verzoening – dat zijn de typisch ressentimentele keuzes die ons bij Alberich niet verrassen. In deel 1 van de Ring, Das Rheingold, komt dat dilemma pas ter sprake wanneer de Rijndochters Alberich hebben afgewezen en hij de diefstal van het Rijngoud overdenkt. Maar die diefstal is meer dan alleen wraakoefening – het is ook keuze voor een bepaalde omgang met en verhouding tot anderen, een machtsverhouding, waartoe de Nibelung misschien ook wel leek voorbestemd.

Wanneer Alberich het Rijngoud steelt vervloekt hij de liefde – voor hem telt nooit meer de open relatie van persoon tot persoon, maar alleen nog de uitbuiting van het ene individu door het andere, alleen nog maar het gebruik van de ander, als middel. Niet meer: alles is liefde, maar Power Is All You Need.

Om die macht te verwerven en anderen te overheersen smeedt Alberich de ring die de operacyclus zijn naam geeft en die bij Wagner als volgt klinkt:

Muziek vertelt bij Wagner bijna het gehele verhaal, je hebt de actie en de dialoog bijna niet nodig om alles te volgen. Uit het muzikale thema van de Ring komen in de vier opera’s op organische wijze andere thema’s voor die in onze wereld ook uit macht voortvloeien. Het volgende thema, gevormd uit de harmonische begeleiding van de Ring, wordt in meerdere commentaren ‘Haat’ genoemd, maar kan misschien beter worden omschreven als ressentiment of Wrok – het idee/gevoel dat je andere mensen met aanspraken op succes (in dit geval de Ring) niet zoals jij de volledige prijs voor dit succes hebben betaald (in dit geval het afzweren van Liefde):

En het thema van Wrok/Haat leidt weer tot Wraak:

Uit de Ring komt ook de Vloek:

En de Schat:

En de schat wordt beheerd door de Draak (of moeten we zeggen dat de Schat zijn eigenaar in een Draak verandert?):

En de persoon die voor macht leeft is altijd bezig met het smeden van plannen (of complotten), met wat je Bekonkelen zou kunnen noemen:

Puur met muzikale middelen geeft Wagner ons een beeld van het gif dat voortkomt uit afgewezen liefde en afwijzende wrok: een instelling die liefde en alle geliefden haat en vervloekt, die complotten smeedt om die liefde te vernietigen door geld, status en macht.

Een aanvullende muzikale lijn wordt gevormd door een vertekening, een pervertering en omkering van het thema van Vreugde, geassocieerd met de natuurlijke schoonheid van het Rijngoud:

Deze Vreugde in de schoonheid en kracht van de natuur wordt na de diefstal van het goud veranderd in de Weeklacht van de Rijndochters:

Niet langer is er een belangeloze en vreugdevolle omgang met iets wat vanzelfsprekend aanwezig was, er is plotseling het besef dat Natuur gestolen kan worden (om te beheersen) en dat schoonheid vernietigd kan worden. Daarom kan dit klagen ook symbolisch worden voor het uitgebuite ras van de Nibelungs in de ondergrondse werkplaatsen van Nibelheim:

De lofzang van het Rijngoud wordt ook scheefgetrokken en omgedraaid in het thema van De Macht van de Ring:

En dit motief heeft weer zijn muzikale nakomelingen in Slavernij (dat ook wortels heeft in Alberichs Verdriet):

En de andere nazaat van Ringmacht, Moord:

Met zijn ‘vertakkingen’ van muzikale ressentiments-motieven (Ring-Schat-Haat-Wraak-Moord-Vloek, Vreugde-Weeklacht-Nibelheim, Vreugde-Macht van de Ring-Slavernij en Vreugde-Macht van de Ring-Moord) toont Wagner als een filosofische antropoloog hoe ressentiment werkt. Het begint allemaal met aanbod van en vraag om liefde, die worden afgewezen (hoewel Wagner in het midden laat of de afgewezene vooraf al een bepaalde aanleg heeft tot ressentiment). Na de afwijzing wordt er een proces in gang gezet waarbij de druiven van de Liefde als zuur worden verklaard en vervloekt – inclusief allen die wel in en voor liefde leven. Als compensatie voor de ontbeerde liefde wordt alles op de verwerving van macht gezet, en op hun verwante waarden als geld en status. Wat andere personen tot louter middel terugbrengt, tot slachtoffers en slaven.

Tegen de met ressentiment verbonden statusmacht en haar symbool, Alberich, zet Wagner de macht die we samen aan iemand delegeren ten bate van het Algemeen – de representatiemacht, gepersonifieerd door Wotan. En opnieuw legt hij met muzikale motieven uit wat deze soort van macht inhoudt.

Daarover de volgende keer meer!